Ik neem het woord in een panel van politici, diplomaten, filosofen; ik spreek hier als protestantse theoloog, en ik heb er voor gekozen om een zo oecumenisch mogelijke blik te houden op het Europa van de Kerken en van de godsdiensten.
Europa is het werelddeel waar de oecumenische beweging geboren werd. Europa had daar alles voor, aangezien het de grootste verscheidenheid aan Kerken verzamelde: de katholieke Kerk, de protestantse en de orthodoxe Kerken. De oecumenische beweging heeft in Europa twee diepe wortels gevonden; ten eerste het schandaal van de verdeeldheden, een schandaal dat erkend is. Die verdeeldheden waren onder andere aanwezig tijdens de “missieverovering” van de XIX de eeuw. (Het is een ontmoeting van missiebewegingen te Edinburg in 1910 die de gelegenheid werd voor een conferentie over de eenheid van de Kerken. Deze ontmoeting wordt als het vertrekpunt van de oecumenische beweging aangezien.) Maar meer nog dat dit schandaal, het is vooral de ervaring in de gevangenenkampen van de tweede wereldoorlog die de noodzaak en de evidentie van de oecumenische beweging heeft aangetoond: de ervaring van katholieken en protestanten in de kampen die verenigd waren in de lezing van de Bijbel en in het gebed. Dit zijn dus de twee voornaamste punten in de argumentatie tegen de verdeeldheid onder de christenen: het schandaal van de concurrentie en de vreedzame kracht van het gemeenschappelijk gebed, geworteld in het Evangelie.
De stichters van de Europese Unie baseerden zich op deze beginselen. Het is verrassend om vast te stellen hoe sterk de gedachten van verzoening en van vredesopbouw – de stichtende elementen van de Europese Unie – geworteld zijn in christelijke waarden.
Maar als ik kijk naar het Europa van vandaag, dan moet ik toch vaststellen dat er twee houdingen opkomen die deze wil tot “samen leven” in Europa in vraag stellen en misschien zelfs in gevaar brengen. Ten eerste een houding in de Kerken, van binnenuit: de manier van kijken naar de secularisering van de Europese samenlevingen leidt in de naam van de “her-evangelisatie” tot een invraagstelling van de oecumenische beweging. Men keert gemakkelijk terug naar het “ieder voor zich”! Of het nu evangelische bewegingen zijn, of charismatische gemeenschappen, of conservatieve katholieke groepen…het gaat erom om opnieuw gemeenschappen te vormen die op zichzelf gericht zijn, helemaal gesloten voor elke oecumenische geest.
Parallel hiermee, maar ditmaal buiten de Kerken, zien we de opgang van de nationalismen die aanwezig zijn in bijna alle landen van het Europa van vandaag. We zien de opgang ervan de opbouw van het Europees “samen leven” in vraag stellen of zelfs bedreigen. De laatste Europese verkiezingen hebben we nog pijnlijk in het geheugen.
Uiteraard denk ik niet dat dit een onomkeerbaar proces is, maar het is een alarmbel opdat de argumentatie voor het “samen leven” ontwikkeld en bevestigd zou worden.
Ik wijs drie richtingen aan, die mij fundamenteel lijken:
- Alle Kerken, hoe verscheiden ook, erkennen allemaal dat ze hun bron in Jezus-Christus hebben. Elk van hen is een gelaat van de universele Kerk, waar ze elk voor hun deel trouw verantwoording moeten afleggen. Hun verscheidenheid heeft te maken met de geschiedenis, met de verscheidenheid van de culturen, met de veelvuldige verwachtingen van de mensen op spiritueel vlak. Maar het behoud van die verscheidenheid heeft enkel zin in de erkenning van de anderen binnen een pluralistische visie van die éne Kerk. Zoiets zeggen is beweren dat mijn eigen Kerk de andere “eigen” Kerken nodig heeft om de volheid van de Kerk van Christus te kunnen begrijpen en er een gelaat aan te geven.
- Voor de christenen is er een tweede argument voor het “samen leven” in Europa: ze zijn zich bewust van de verantwoordelijkheid die ze gekregen hebben opdat de wereld waarin ze leven zou beantwoorden aan de wil van gerechtigheid en vrede van de God van de Bijbel. Elk blad van de Heilige Schrift getuigt hiervan; elk uur van ons leven zegt er de noodzaak van. Dit kan enkel een gemeenschappelijk werk zijn, waar eenieder het beste van zichzelf brengt voor de opbouw van het algemeen welzijn. Sociale gerechtigheid, solidariteit met de armen, onthaal van wie uitgesloten is, aandacht voor de slachtoffers, behoud van het leefmilieu voor de komende generaties…De schepping vormt één geheel dat gemeenschappelijke visies en oplossingen vereist.
- Mijn laatste woorden besteed ik om dit objectief van “samen leven” niet te begrenzen tot Europa. Enerzijds omdat ons Europa vele gebieden in de wereld met zijn afdruk heeft getekend. Een afdruk die niet altijd rechtvaardig was, niet altijd ecologisch, eenvoudigweg niet altijd menselijk. (Ik zou daar veel voorbeelden van kunnen geven, onder andere in Afrika!). Anderzijds omdat het universalisme van de Kerk mij ervan weerhoudt mij te beperken tot welke grens ook. Het is daarom dat elke argumentatie voor het “samen leven” in Europa afgetoetst moet worden aan de wereld in zijn geheel. Zowel wanneer het gaat om de fundamentele nood aan de andere om te begrijpen wat “een mens zijn” betekent, als wanneer het gaat om te ijveren voor een wereld van gerechtigheid en vrede.
En dit is net de reden waarom Europa een bepalende rol kan en moet spelen in de wereld van vandaag: het is omdat de Europese Unie vanaf haar oprichting geschraagd wordt door de visie van een verzoend Europa, die van de sociale gerechtigheid de grondslag van de vrede maakt. Zijn de Europeanen, zijn de Kerken in Europa zich hiervan bewust?
Dit is de vraag waarmee ik u laat.
|