Op 2 en 3 april heeft Andrea Riccardi de Gemeenschappen van Sant'Egidio in Benin bezocht. Met zijn 10 miljoenen inwoners, ingeklemd tussen het "gigantische" Nigeria en Togo, is Benin erin geslaagd om op een vredevole manier de weg van de democratie te vinden aan het begin van de jaren negentig, onder andere dankzij de bemiddeling van de katholieke kerk. Vandaag is het een land dat, naast de "historich" christelijke denominaties zoals Katholicisme en Protestantisme, en de traditionele natuurgodsdiensten (voornamelijk de voodoo-godsdienst), ook de uitdaging kent van de aanwezigheid van sekten en nieuwe "Kerken van de welvaart", die steeds meer gelovigen aantrekken.
De Gemeenschap van Sant'Egidio is sinds het begin van 2000 aanwezig in verschillende steden van Benin, vooral in Cotonou, met een speciale inzet voor de straatkinderen die hier, meer dan in de rest van West-Afrika, het risico lopen om verkocht te worden aan mensenhandelaars om te werken in het rijkere Nigeria.
Andrea Riccardi bezocht "la Maison du Rêve" (het "Droomhuis), dat, naast het hoofdkwartier van de Gemeenschap, ook de plek is waar deze straatkinderen een oase van vrede vinden, waar ze kunnen ontspannen, een douche nemen, hun kleren wassen en geholpen worden bij de studie of het leren van een vak.
Hij heeft vervolgens alle gemeenschappen van Sant'Egidio van Benin in de vergadering ontmoet, waarin hij de kans benadrukte van het leven in een "hybride" land, een kruispunt van zeer verschillende etnieën en afkomsten: "Dit kan een grote les zijn die Benin kan geven aan de wereld, de les over de smaak van het samenleven". Hij sprak onder andere van een "droom", van een gastvrij land voor de armen en van een "passie" die nodig is om een samenleving, die voor een groot deel uit jongeren bestaat, te humaniseren.
|